Columns
Eke Mannink
Het is poëzieweek, landelijk. Ook in Zutphen zijn inwoners dichterlijk actief, met weesgedichten. Ceciel Funnekotter heeft zo’n vers geadopteerd en, met assistentie, prachtig op haar pui aan de Laarstraat geschreven. ‘Ooit in Vlaanderen ontstaan, nu overgewaaid naar Nederland,’ schrijft ze op Facebook. Lagere scholen besteden aandacht aan kinderpoëzie, dichtclubs werken aan projecten in het kader van het thema ’thuis’ en er komt zelfs een dichter op televisie. Allerlei onderwerpen tollen door mijn hoofd, voor in dit hoekje, ik schreef zelfs al een stukkie. Maar deze week hoort hier natuurlijk een gedicht.
liedje
‘k Neem je mee in mijn oor,
in mijn hoofd, om mijn pols,
in mijn hoed, op mijn voet,
in mijn nek.
‘k Neem je mee in mijn oog,
in mijn keel, in mijn haar,
niet te wild,
anders staat het zo gek.
‘k Zet je op de piano,
zodra ik je speel,
vouw je om in het blad
van mijn boek.
‘k Strik je vast in mijn veters
en vast in mijn hart,
in de rommel
ben jij wat ik zoek.
‘k Neem je mee op vakantie
en mee in de trein,
in de winkel, naar school,
de wc.
Zelfs met zware bagage,
met kilo’s aan koffers,
neem ik je
nog moeiteloos mee.
‘k Neem je mee in mijn hand,
in mijn palm, langs mijn wang.
op mijn neus,
als geheel of fragment.
‘k Fluit je in mijn gefluit,
zing je in mijn gezang
en ik lach –
omdat jij er steeds bent.