Columns

Dorpszaken

Ik kwam het lunchcafé binnen waar de muziek te luid stond om de leegte te vullen van de onbezette barkrukken, het werkloze stapeltje gebonden menukaarten op een verhoging, de hoogblonde en de grijze serveerster die achterin de zaak met elkaar de tijd stonden te doden. Ik waadde dwars door Material World van Madonna naar de bar, waardoor de jongere van de twee opkeek, met een blik die het midden hield tussen verrast zijn en zich betrapt weten. Even bekroop me het gevoel dat ik het verkeerde etablissement was binnengestekkerd. Een ijzeren horecawet luidt immers dat mensen alleen ergens naar binnen gaan als ze, eerst door het raam glurend, andere klanten ontwaren. Ik had daar niet op gelet, trek als ik had na een lange fietsrit. En een glas van het een of ander zou er ook wel ingaan trouwens. Maar er was in dit plaatsje van niks geen andere uitspanning te vinden. En verder trappen naar een volgend dorp was even geen optie. De blonde in het zwart kwam me tegemoet en wees een tafeltje aan het raam aan alsof dat de enige plek was waar een bezoeker nog zou kunnen gaan zitten.
Terwijl ik later naar de bar liep om mijn lunch digitaal af te rekenen kwam er een nieuwe bezoeker naast me staan, type vaste klant. Omdat de dames even bleken opgelost in het niets en ik geen urgentie uitstraalde, raakten we aan de praat.
‘Weet je wat het is,’ mompelde de man, zijn glas bier op de bar ronddraaiend, ‘het mooie van zo’n dorp als dit is dat zolang je hier blijft, je je lekker niks van die hele kloterige buitenwereld hoeft aan te trekken, we kennen mekaar hier allemaal, weten wat we aan elkaar hebben en dat,‘ en hij knikte naar een geluidloze tv in de hoek waarop een bekende Nederlandse politicus zich een weg baande door een horde journalisten, ’het zal allemaal wel. Maar als ze ons dan een keer weten te vinden omdat ze iets motten, zijn we natuurlijk weerloos.’ De plotse verschijning van de grijze serveerster onderbrak onze conversatie abrupt. Na de financiële transactie bleek de man verdwenen. Begeleid door ‘I want to break free’ van Queen liep ik de zon in. Hier ging ik tijdens de terugweg over nadenken.