Stedendriehoek
DEVENTER – Deventer Verhaal/Museum De Waag en Archeologie Deventer verzorgen de historische lezing Het Deventer Boek in de Middeleeuwen’ op donderdag 17 januari om 20.00 uur in het Auditorium van het Stadhuis. In deze lezing gaan Mathilde van Dijk en Jeroen Benders in op de Deventer boekcultuur in de middeleeuwen.
‘
Een van de opvallendste kenmerken van de late middeleeuwen was de opkomst van nieuwe groepen lezers. Religieuze vrouwen en lekenbroeders, maar ook in de wereld levende stadsmensen waren zich in toenemende mate zorgen gaan maken over hun lot in het Hiernamaals. Rondreizende predikers, vaak afkomstig uit religieuze hervormingsbewegingen zoals de Moderne Devotie, peperden hun gehoor in hoe vluchtig het aardse leven was en hoe kort de tijd dus was om een goede toekomst in de hemel te verzekeren. Hoe vrouwen, lekenbroeders en stadsmensen daaraan moesten werken, leerden ze uit boeken. In de Moderne Devotie werd het lezen aangeraden als dé manier om nader tot God te komen.
In haar lezing bespreekt Mathilde van Dijk twee boeken die de devoten voor dit nieuwe publiek hebben vervaardigd: een traktaat over de tien geboden van de Duitse franciscaan Marquard van Lindau en een geheel aan Augustinus gewijd handschrift. Beide werken zijn afkomstig uit de bibliotheek van het Brandeshuis, een gemeenschap van zusters van het gemene leven.
Niet-kerkelijke schriftcultuur
Jeroen Benders gaat in zijn lezing in op de beide onderdelen van zijn bijdrage aan de publicatie Deventer Boekenstad. Twaalf eeuwen boekcultuur aan de IJssel, te weten de kerkelijke en de wereldlijk-ambtelijke schriftcultuur te Deventer in de Middeleeuwen. De eerste is al in de 8e eeuw te traceren, de tweede komt – net zoals elders in Europa – op in de 12e-13e eeuw. Waar de kerkelijke schriftcultuur aanvankelijk sterk verbonden was met de bisschop van Utrecht, de latere landsheer van het Oversticht, is de ambtelijke schriftcultuur van meet af aan een zaak geweest van de stad en de stadsgemeenschap met haar bestuur. In wezen gaat het hierbij om het ontstaan van het gemeentelijk bestuursapparaat en een vroege fase van bureaucratisering. In de lezing zal de nadruk liggen op deze niet-kerkelijke schriftcultuur in de periode circa 1200-1500. Onderwerpen die aan de orde komen, zijn de taken van de stadsbestuurders, schrijvers van en in de stad en de door hen geproduceerde documenten, gebruik van Latijn en volkstaal, alfabetisme, archivering.
Iedereen is donderdag 17 januari welkom in het Auditorium van het Stadhuis, Grote Kerkhof 1 te Deventer. De lezing begint om 20.00 uur en duurt ruim één uur. Inloop en koffie vanaf 19.45 uur. De toegang is gratis en reserveren is niet mogelijk. Er zijn honderd plaatsen.