Sport
door Ivo van Haaren
APELDOORN – Na het daverende succes van de Nederlandse juniorenploeg bij het EK-20 wordt er veel verwacht in het weekend van 15 en 16 februari in Omnisport. Daarnaast is het NK U20 & U18 een kans om je in een vroegtijdig stadium te plaatsen voor een internationaal toernooi. Een clash tussen meerkampers en specialisten, potentiële dubbelwinnaars en tactische races op de middellange afstand.
Sven Jansons is één van de weinige atleten die Apeldoorn met drie gouden medailles kan verlaten. Op de 60 meter staat hij pal tegenover specialisten als Keitharo Oosterwolde, Brett Duff en Riq de Wit. Oosterwolde start als favoriet, maar het verschil tussen de top-4 bedraagt dit seizoen slechts vierhonderdste seconde. Reikhalzend wordt uitgekeken naar het duel op de 60 meter horden, waar Jansons het op moet nemen tegen Mark Heiden. Heiden, fenomenaal bij het EK U20 waar hij vorig jaar zilver pakte, liep dit jaar al naar 7.89 seconden, de tijd waarmee Jansons vorig jaar de nationale titel pakte. Alleen bij het verspringen start Jansons als favoriet, met de man in vorm Antonny Ediagbonya als voornaamste uitdager.
Het lukte Djoao Lobles afgelopen winter net niet: winnen op zowel de 400 als de 800 meter. Ludo van Nieuwenhuizen stak daar op de laatste afstand een stokje voor. Ook dit jaar heeft Lobles zich voor beide afstanden ingeschreven en kan Van Nieuwenhuizen opnieuw een sta-in-de-weg zijn. Op de 400 meter, die Lobles vorig jaar soeverein won in een ijzersterke 48.06, moet hij nu af zien te rekenen met Pim van Bakel en meerkamper Sven Roosen. Van Nieuwenhuizen zal opnieuw willen profiteren van de extra races die Lobles in de benen heeft. Een boemelrace ligt dan ook niet in de lijn der verwachting. Met teamgenoot Noah Baltus heeft Lobles er op de 800 meter een serieuze concurrent bijgekregen.
Een blik op de deelnemerslijst leert dat meerdere atleten kans maken op de dubbel. Zoë Sedney komt in actie op de 60 meter en de 200 meter. Op de 200 meter valt er een limiet te verdienen voor het WK U20 in Nairobi (23.90 seconden) en dat moet voor Sedney, vorig jaar in Apeldoorn al goed voor 23.71 seconden, geen probleem zijn. Het record van Tessa van Schagen (23.63 seconden) staat op losse schroeven. Voor Nsikak Ekpo is het zoeken naar de concurrentie op zowel de 60 meter als de 200 meter, nu zijn voornaamste concurrenten uitkomen in de onder 20-categorie (Oosterwolde, Van Wijk). Ekpo staat met de 6.93 seconden van eerder dit seizoen al op de derde plaats aller tijden. Mocht hij nog een plek willen stijgen, dan staat Keitharo Oosterwolde met 6.92 seconden in de weg. Britt Weerman hoeft dankzij de 1.82 meter bij het hoogspringen helemaal niemand boven haar te dulden op de ranglijst aller tijden. Maar Weerman is veel meer dan hoogspringster alleen. Op de 60 meter horden start ze als favoriet, maar zijn Arisa, Vlasman en Achterberg niet ver weg. Weerman heeft zich met hoogspringen geplaatst voor de EK U18 in het Italiaanse Rieti.
De atleten die zich voor een internationaal toernooi hebben geplaatst, zijn nog op twee handen te tellen. Sta niet raar te kijken als daar na dit NK verandering in komt. Voor Matyas Kerekgyarto is het nog een kwestie van centimeters, want hij kwam dit seizoen tot 18.49 meter (limiet EK U18 is 18.60 meter). Sarah van Beilen en Sofie Dokter sprongen beiden al 1.80 meter of hoger. Voor het WK U20 is 1.82 meter nodig. De limiet voor Britt de Blaauw op de 200 meter lijkt een kwestie van tijd. Helaas voor de spanning op dit onderdeel richt N’Ketia Seedo zich op de 60 meter. Seedo moest afgelopen jaar in Alphen van den Rijn serieus aan de bak om De Blaauw achter zich te houden. De 24.11 seconden die De Blaauw daar liep, is onder de limiet voor het EK U18 (24.15 seconden). Dit indoorseizoen kwam ze tot 24.46 seconden. Damian Felter weet hoe het is om over de magische grens van 7 meter te springen. Doet hij dat opnieuw in Apeldoorn, dan mag ook hij zich gaan opmaken voor Rieti.
Het is zonder twijfel de meest indrukwekkende prestatie van dit indoorseizoen: de 7.27 seconden van N’Ketia Seedo. Een tijd die ze vorig jaar ook al liep. Het Nederlands juniorenrecord staat al op haar naam. Maken we een uitstapje naar het buitenland, dan zien we dat de snelste tijd ooit gelopen door een atlete onder 18 jaar, de 7.24 seconden van de Amerikaanse Victoria Jordan is. Seedo is niet de enige die als grote favoriet van start gaat. Treedt Rick van Riel op de 1500 meter in de voetsporen van zijn broer? Robin was vorig jaar goed voor één van de hoogtepunten van het kampioenschap. Met een solorace liep hij naar 3.46.22. Britt Roos heeft de limiet voor het EK U18 al op zak en moet nog een kleine twee tiende sneller om ook de snelste aller tijden te worden (2.08.6, Ingrid Stoot 1979). Tot een duel met Amina Maatoug komt het helaas niet, want die start als grote favoriete in een hogere leeftijdscategorie. Alida van Daalen stootte de kogel dit seizoen al naar 15.85 meter en heeft daarmee de limiet voor het WK U20 binnen.