Sport
APELDOORN/VAASSEN – Duitsers hebben een mooie naam voor de club die halverwege het seizoen hun Bundesliga leidt: Herbstmeister, ofwel herfstkampioen. In de vierde klasse G, Apeldoorns eigen Bundesliga, voert KCVO bij het ingaan van de winterpauze de ranglijst aan. Met zijn laatste maanden als hoofdtrainer van de Vaassense voetbalclub voor de boeg ligt André Wassink met zijn vlaggenschip op titelkoers. De 54-jarige Apeldoorner hoopt op een afscheid in stijl. “Het is aan ons om te zorgen dat we uit de klauwen blijven van de ploegen die op ons jagen.”
Na dertien speeldagen staat er in 4G geen maat op het team van Wassink. Het als tweede geklasseerde Beekbergen volgt op vijf punten achterstand, de voorsprong op nummer drie Sportclub Klarenbeek bedraagt zelfs al acht punten. “Ik durfde vooraf al wel te zeggen dat wij bovenin mee zouden doen. Maar zoals het nu gaat, gaat het boven verwachting. Ik heb er drie jongens bijzitten die zelfs nog in de A-junioren mogen spelen. Het hoeft bij ons dus niet alleen van de oudjes te komen”, is de all-time topscorer van csv Apeldoorn trots op hoe volwassen zijn jeugdige spelersgroep zich staande houdt.
Over het verloop van het seizoen heeft Wassink tot dusver absoluut geen klagen. “Wij hebben nu ook het winnaarsgeluk van de koploper. Dat is ondefinieerbaar, maar dat dwing je ook zelf af. Dat is onze eigen verdienste. Wij hebben tien keer gewonnen. En drie keer een uitwedstrijd verloren. Dat dit in alle drie gevallen op gewoon gras is gebeurd, is toeval. Van ZVV en Brummen wonnen we ook op gewoon gras. We hebben al 35 wedstrijden niet meer gelijk gespeeld. Persoonlijk had ik meer verwacht van Brummen en Groen Wit. ZVV had ik ook hoger ingeschat. Vorig seizoen stak FC Jeugd er met kop en schouders bovenuit. Toen had je ook TKA en Eerbeekse Boys er nog bij. Maar het zit allemaal heel dicht bij elkaar. En dat blijft denk ik ook zo. Maar wij moeten naar onszelf kijken.”
Wanneer eind januari de tweede competitiehelft losbarst moet de trainer de juiste strategieën bedenken om aanvallen van achtervolgers succesvol af te slaan. Een taak waar Wassink als werknemer van Defensie wel vertrouwd mee lijkt. Al loopt de trainer lang genoeg mee om te weten dat de strijd allesbehalve gestreden is. “Het is geen gegeven dat wanneer je vijf punten los staat, dit maar zo doorgaat. In deze klasse kan de nummer twee maar zo verliezen van de nummer twaalf. En iedereen wil natuurlijk van de koploper winnen. Natuurlijk wil ik graag op de plek eindigen waar we nu staan. Maar je krijgt niks cadeau. Wij zijn nu de ploeg waar op gejaagd wordt. We moeten nog dertien wedstrijden vol aan de bak.”
De KCVO-coach kijkt vol vertrouwen uit naar het restant van het seizoen. “Er staat echt een collectief. Kampioen word je in de kantine, zeg ik weleens gekscherend. We zitten altijd bij elkaar, ook na een nederlaag. Dat zijn belangrijke zaken. Daar hoef ik ook niet op te hameren, dat is altijd zo geweest. KCVO is een rustige en stabiele club. Spelers gaan hier niet voor een paar knaken lopen. Met deze groep kan KCVO nog jaren vooruit. Ik hoop op een mooie manier af te sluiten.”
Hoewel hij het uitstekend naar zijn zin heeft op sportpark de Egelbeek, houdt de Apeldoornse oefenmeester het na afloop van het huidige voetbaljaar voor gezien. Wat zijn persoonlijke toekomst hem gaat brengen, weet Wassink nog niet. Of hij zich na Sportclub Teuge (drie jaar), Oene (vier jaar), WZC (drie jaar) en KCVO (drie jaar) opnieuw ergens als hoofdtrainer aan een amateurvoetbalclub verbindt, laat Wassink voorlopig nog even in het midden.
“Ik ben nu dertien jaar hoofdtrainer. Daarvoor ben ik vijf jaar assistent-trainer bij csv Apeldoorn geweest. Misschien is het wel eens goed om een periode rust te nemen of om wat anders te gaan doen in de voetballerij. Als ik iets doe, wil ik het voor honderd procent doen. Keuzes die je maakt, moet je nooit impulsief maken. Het gevoel moet goed zijn. En mijn gevoel heeft me nog nooit in de steek gelaten.”
