Sport
APELDOORN – Met de successen van het Belgisch elftal op het WK voetbal in Rusland doken al diverse media op het ‘Blauwen-verleden’ van de Rode Duivels Dries Mertens en Nacer Chadli. Wat waarschijnlijk weinig Apeldoornse sportliefhebbers weten, is dat al in 1934 een (latere) AGOVV’er op het hoogste mondiale podium acte de présence gaf. Onderweg naar Rome kwam Mauk Weber destijds met Oranje echter niet verder dan Milaan.
Tussen 1931 en 1938 schopte Weber het namens ADO en AGOVV tot in totaal 27 interlands. Tijdens zijn internationale loopbaan nam de geboren Hagenaar twee maal deel aan een WK-eindronde. Het Nederlands elftal bleef zowel in het Italië van dictator Benito Mussolini als in 1938 in Frankrijk ver verwijderd van het wereldgoud, ofschoon chauvinisten Oranje in die jaren tot de sterkste landenploegen van Europa rekenden.
Hoewel vooraf luidkeels werd bezongen dat ‘we’ naar Rome gingen, vlogen de rossige rechtsback en zijn ploegmakkers er 84 jaar geleden al in de eerste ronde tegen Zwitserland uit. Vier jaar later verging het Nederland nauwelijks beter. In Le Havre dolven Weber en de zijnen na verlenging met 3-0 het onderspit tegen Tsjechoslowakije, verliezend finalist van ‘34.
Waarom de op dat moment 15-voudig international in het najaar van 1934 zijn vertrouwde Haagse residentie verruilde voor uitgerekend AGOVV, zal zeker niet in de eerste plaats voor de fraaie bosrijke omgeving van Apeldoorn zijn geweest. Profvoetbal gold in het verzuilde Nederland van voor de Tweede Wereldoorlog weliswaar als groot taboe, het was een publiek geheim dat er onder of achter de toonbank verkapte vormen van betalingen plaatshadden. Als sigarenboer of kastelein scoorden de toenmalige vedetten volop. Begin twintiger en jeugdig middenstander Weber vormde daarop geen uitzondering.
Het is anno 2018 nauwelijks voorstelbaar, maar in de jaren 1935 en 1936 trad AGOVV meermaals aan met drie (ex-)internationals tegelijk: Weber, Jo Kluin en Gep Landaal. Een ongekende weelde voor een club uit het Oosten van het land. De hoge heren van de Keuzecommissie van de KNVB, die destijds de selectie samenstelden, zagen ‘boerenkoolvoetballers’ uit Gelderland en Overijssel indertijd immers bijna standaard over het hoofd.
AGOVV’s ‘eerste prof’ keerde Apeldoorn in het najaar van 1938 de rug toe. Clubblad ‘Blauw en Wit’ raadde alle sportvrienden in september 1938 in een advertentie nog aan hun rookartikelen te betrekken bij Weber’s Sigarenmagazijn aan de Hoofdstraat 163. Een maand later konden de rokers op hetzelfde adres als vanouds terecht bij Sigarenmagazijn Kees Brouwer.
Weber vroeg overschrijving aan en keerde terug naar ADO. In AGOVV’s bestuursnotulen van 11 januari 1939 stond kort vermeld: ‘De KNVB vraagt of Mauk Weber’s opgegeven motief van zijn verhuizing naar Den Haag, n.l. heimwee van zijn vrouw, op waarheid berust. Geantwoord zal worden dat wij dit niet kunnen beoordelen…
