Sport

44-jarige ‘Mister Orderbos’ vindt het mooi geweest

APELDOORN – Het zal wennen worden. SV Orderbos zónder Hamit Kedik. Na welgeteld 28 seizoenen in de hoofdmacht van de Apeldoornse zondagvierdeklasser vindt de 44-jarige routinier het welletjes. Na de laatste thuiswedstrijd tegen Sportclub Brummen ging hij al op de schouders, op 1 juni zet ‘Mister Orderbos’ er tijdens een heuse afscheidswedstrijd definitief een punt achter. “Het is mooi geweest.”

Omdat een onwillige knie hem gedurende de gehele tweede seizoenshelft parten speelde, kostte het wat moeite om de ouderwetse karaktervoetballer tegen Brummen speelklaar te krijgen. De medische staf lapte het boegbeeld van de vereniging dusdanig op dat hij nog even mee kon doen. “Ik heb echt naar die laatste thuiswedstrijd toegewerkt. Die knie is iets onstabiel. Er zit een beetje speling in de kruisband. Maar ze hebben ‘m goed ingepakt. Daardoor ging het wel. Ik viel in en heb zeven of acht minuten meegedaan. Toen werd ik weer uitgehaald en ben ik op de schouders van het veld afgedragen. Een mooi moment. Al had ik diep van binnen die wedstrijd liever uitgespeeld…”

 

Die laatste uitspraak kenmerkt de ware liefhebber. Hij doet het nog zo graag. In al die jaren is hij zelden met tegenzin naar het Orderbos gereden. “Ik heb zoveel plezier in het spelletje. Op het fietsje naar de club. Dinsdag en donderdag trainen. Zondagmiddag een wedstrijd. Daarna met z’n allen een pilsje pakken in de kantine. Als ik het lichamelijk niet meer had aangekund om twee keer in de week te trainen, was ik allang gestopt. Zelfs nadat ik geblesseerd raakte aan die knie, was ik hier wel drie keer in de week bezig.”

 

De hoeveelheid wedstrijden waarin de bevlogen veteraan met hart en ziel de kleuren van eerst B en O en later SV Orderbos verdedigde, loopt in de honderden. Het exacte aantal weet Kedik niet. Het verwondert niemand dat hij de tel is kwijtgeraakt. Bij B en O’s kampioenschap in het seizoen 1997-1998 was hij al van de partij (foto, staand vijfde van rechts). “In 1989 kwam ik bij het eerste. Ik was toen zestien. Ik weet niet eens meer tegen wie ik m’n eerste wedstrijd speelde. Dat is al zó lang geleden. Ik kwam erbij als rechtshalf. Jacq Preijers was trainer. In 2009 ben ik gehuldigd voor m’n 500e officiële wedstrijd. Ik schat dat het er inmiddels zo’n zesenhalfhonderd zullen zijn. Misschien gaan ze dat nog wel uitzoeken.”

 

Het stemt Kedik trots dat het bestuur van SV Orderbos zijn afscheid als eerste elftalspeler luister bijzet met een ‘galaduel’. Op donderdag 1 juni neemt het huidige eerste elftal het daarin op tegen een selectie van spelers met wie hij in de loop der jaren samenspeelde. “Het wordt een verkapte reünie. Ik laat het op me afkomen en ga er van genieten. Nadat we vorig jaar bij Zutphen promoveerden naar de vierde klasse, heb ik wel een traantje weggepinkt. Maar dat heeft niemand gezien. Ik ben best wel een bescheiden jongen, maar ik vind het fantastisch dat ze dit voor mij doen. Ik heb geen moment spijt gehad van die 28 jaar. Ik heb zowel moeilijke tijden als hele mooie momenten meegemaakt. Eigenlijk zou ik een uitgever moeten vinden om het allemaal op papier te zetten.”

 

Zijn voetbalschoenen definitief aan de wilgen hangen, doet ‘Mister Orderbos’ overigens niet. Hij gaat op een lager niveau afbouwen. Daarnaast kan de clubleiding altijd een beroep op hem blijven doen voor het verrichten van hand- en spandiensten. “Ik ga lekker in het tweede ballen. Mensen die van me willen genieten, moeten daarom voortaan wat vroeger opstaan. Als de nood aan de man is, wil ik ook Bennie (Kanselaar, hoofdtrainer; red.) wel assisteren. Ik sta overal voor open. Alleen voor het voorzitterschap ben ik misschien wat te jong. SV Orderbos blijft hoe dan ook voor altijd in mijn hart zitten. In de kantine hangt een bordje waarop staat ‘Niemand is hier meer dan iemand’. En zo is het precies.”