Stedendriehoek

‘Slecht voor het milieu en de volksgezondheid’

APELDOORN – De gemeenteraad sprak afgelopen donderdag digitaal onder meer over het onderwerp ‘schaalvergroting in de niet-grondgebonden veehouderij’ in de gemeente Apeldoorn. Het college van burgemeester en wethouders heeft daarover een notitie geschreven op verzoek van de raad. De notitie beschrijft de gemeentelijke visie op de toekomstmogelijkheden voor niet-grondgebonden veestallen.

Het komt wellicht niet als een verrassing, maar Partij voor de Dieren is bepaald geen voorstander van megastallen in de gemeente. Fractievoorzitter Maaike Moulijn is in dezen heel duidelijk: “Grote veestallen zijn erg slecht voor de volksgezondheid. Denk alleen al aan de grote hoeveelheid fijnstof die daarmee gepaard gaat. Bij uitbreiding van de intensieve veehouderij moeten er ook méér windmolens komen om de zaak weer enigszins in evenwicht te brengen. En dat moeten we niet willen.”

Agrarisch Perspectief

Op 28 november 2019 heeft de raad besloten om een motie aan te nemen die het college oproept om in het tweede kwartaal van 2020 met een visie op de intensivering en grondgebondenheid van de veehouderij te komen. Het college heeft sinds 2016 gewerkt aan het Agrarisch Perspectief, een beleidsdocument waarmee diverse agrarische ontwikkelingen in samenhang worden behandeld als bouwsteen voor de nieuwe Omgevingsvisie, die momenteel wordt voorbereid. In 2017 hebben Provinciale Staten van Gelderland het zogeheten plussenbeleid vastgesteld, om onder bepaalde voorwaarden aan ‘niet-grondgebonden veehouders’ ruimte te geven hun bedrijf te ontwikkelen. Een agrariër die uitbreiding wenst, moet duurzame ‘plussen’ toevoegen aan zijn bedrijf, zoals voor het dierenwelzijn, de milieukwaliteit of de inpassing in het landschap.

‘Niet-grondgebonden veehouderij’ is een benaming voor intensieve veehouderij. Bedoeld wordt dat veevoer van buiten (de grond van) de eigen veehouderij komt. Op 20 september 2018 heeft de raad een gemeentelijke Beleidsregel Plussenbeleid vastgesteld. Hiermee wordt voldaan aan de verplichting in de Omgevingsverordening, die stelt dat een beoogde uitbreiding van een niet-grondgebonden veehouderijtak alleen mogelijk is als deze voldoet aan een door de gemeenteraad vastgesteld beleidsregel.

Motie aangenomen

In het najaar van 2018 heeft de minister van Landbouw een nieuwe visie op de landbouw aan het parlement aangeboden. In Apeldoorn heeft het college deze nationale en provinciale beleidsvisies, en ook kaders van het waterschap en de gemeente zelf, in het Agrarisch Perspectief verwerkt. Hierover sprak de raad op 7 november 2019. De gemeenteraad heeft op 28 november 2019, naar aanleiding van het Agrarisch Perspectief, besloten een motie ‘vreemd aan de orde van de dag’ aan te nemen die het college oproept om een visie te schrijven over de plaatselijke mogelijkheden voor intensivering en grondgebondenheid van de veehouderij.

Bijna alle geldende bestemmingsplannen en de geldende natuur- en milieuwetgeving zorgen er voor dat de groeimogelijkheden van niet-grondgebonden veehouderijen beperkt zijn. In het geval een bedrijf een uitbreiding wil realiseren die niet in het bestemmingsplan past, dan biedt de door de raad vastgestelde beleidsregel Plussenbeleid in combinatie met de geldende milieu- en natuurregels en ruimtelijke afwegingskaders voldoende handvatten voor een duurzame uitbreiding. Dat betekent dat een uitbreiding van méér dan de ruimte die de bestemmingsplannen nu bieden (0,7 of 1 hectare) niet is uitgesloten en dat een dergelijke uitbreiding aan strikte voorwaarden is gebonden om tot een duurzame ontwikkeling te komen. Voor een dergelijke ontwikkeling is altijd een raadsbesluit nodig

Het college betrekt de uitkomst van deze bespreking in de Politieke Markt Apeldoorn samen met het Agrarisch Perspectief in het reeds lopende proces van de Omgevingsvisie. Het college wijst de raad in de notitie op het risico van aanzienlijke planschade, mocht de raad desondanks besluiten tot beperking van bestaande uitbreidingsrechten van agrarische bedrijven.

Duurzame oplossingen

“De meerderheid van de gemeenteraad heeft aan de inwoners van Apeldoorn beloofd dat er geen megastallen zullen komen”, gaat Moulijn verder. “Natuurlijk willen wij de boeren wel graag helpen met duurzame oplossingen voor hun bedrijf; in gesprek met hen gaan en hen een ander perspectief bieden; hen anders leren omgaan met de natuur. Maar intensieve veehouderij is binnen Apeldoorn, wat ons betreft, simpelweg ongewenst. We hebben toch ook moeten constateren dat zoönosen vaker uitbreken op plekken waar veel dieren te dicht op elkaar staan. Neem de Q-koorts uit het recente verleden en nu de coronacrisis. In ons land leven dieren en mensen te dicht op elkaar, met alle gezondheidsrisico’s van dien. Grondgebonden landbouw is veel gezonder, ook voor het klimaat, dan intensieve veehouderij.”

Moulijn krijgt in haar kritiek op de notitie bijval van GroenLinks, in de persoon van Rachel Gasper-Rothengatter: “We schurken in deze kwestie flink tegen de Partij voor de Dieren aan. Natuurlijk, de boeren hebben ook bestaansrecht, en dus willen we graag van hen horen wat ze nodig hebben voor een financieel gezond bedrijf. Maar daar horen megastallen wat ons betreft niet bij, ook vanwege het gezondheidsaspect. De GGD heeft onderzoek gedaan naar een verhoogde kans op longaandoeningen in een gebied van intensieve veehouderij. Dat rapport verschijnt binnenkort, dus daar kunnen we nog niet te veel over zeggen, maar we moeten wel zoeken naar andere wegen voor een beter milieu en duurzaamheid.”

Op twee handen

Lijnrecht tegenover de bezwaren van zowel Partij voor de Dieren als GroenLinks staat de VVD, die bij monde van Max van Oort laat weten pal achter de huidige notitie te staan. “De kaders zijn helder. Wat ons betreft hoeft er geen stap voorwaarts meer te worden gemaakt. Laten we deze notitie omarmen en zo laten. Diverse politieke partijen zien schaalvergroting als iets slechts, maar daar sta ik niet achter. Binnen het huidige bestemmingsplan moeten we niet bang zijn voor een grote stal. Bovendien zal het aantal stallen binnen de gemeente Apeldoorn op twee handen te tellen blijven, en dan ook nog in drie verschillende categorieën qua grootte. Het technisch kader is geschetst. Wij vinden het belangrijk dat er geen nieuwe regels voor de boeren komen. Het is goed zo.”