Columns

ApoldroNU – Droge voeten

Arnold Zweers

We fietsten van Deventer naar Apeldoorn. Bij de gemeentegrens met het betonnen paaltje met ‘ons’ wapen erop, zei ik tegen mijn vrouw: ik denk dat hier ooit een nieuwe woonwijk zal komen. Verre toekomst natuurlijk. Want eerst verrijzen er duizenden woningen langs het kanaal, het spoor, in de binnenstad en het Beekbergsebroek ten zuiden van De Maten. Onlangs had ik het over ‘Apeldoorn gaat de hoogte in’, woontorens waar overigens veel weerzin tegen bestaat. Zeker is wel dat de stad in de lengte en breedte gaat uitdijen. Eens zal Apeldoorn immers niet alleen aan de zuidkant maar ook aan de oostkant de snelweg oversteken. ‘We’ zullen een deel van de overloop van de Randstad moeten opvangen.

Toenmalig minister Hugo de Jonge had het over 40.000 ‘extra’ woningen erbij in de Stedendriehoek. Het leeuwendeel zullen Apeldoorn, Deventer en Zutphen voor hun rekening moeten nemen. Honderdduizend woningen per jaar toevoegen in ons land, dat is de ambitie, maar lukken wil het nog niet erg. De barrières worden alleen maar groter. Stikstof, enorm gestegen bouwkosten, gebrek aan elektriciteitsaansluitingen, idioot lange bureaucratische procedures (minister Mona Keijzer belooft daar iets aan te gaan doen). Ondertussen komen er steeds meer blokkades bij. Zoals vanwege de slechte kwaliteit van grond- en oppervlaktewater. Het Planbureau voor de Leefomgeving waarschuwt: in 2027 gaan er strengere normen gelden, die kunnen net als bij stikstof leiden tot rechtszaken die bouwprojecten tegenhouden.

Bijna de helft van de miljoen te bouwen huizen moet in de Randstad komen. Maar een groot deel daarvan ligt meters onder zeeniveau. Wat onlangs in centraal Europa plaatsvond – watersnood door langdurige hevige regen als gevolg van de opwarmende zee – kan ook hier zomaar gebeuren, vrezen deskundigen.

Natuurlijk, in Apeldoorn zitten we op de hogere zandgronden. Toch is dat ‘broek’ ten zuiden van De Maten een drijfnat Veluws kwelgebied; alleen met kunst- en vliegwerk valt daar droog te bouwen.

Ooit, jaren zestig, zouden Apeldoorn en Deventer aan elkaar vast klonteren tot een megastad van 400.000 inwoners. Wie weet komt het er ooit toch nog van. De vraag is echter: moeten we daar blij mee zijn?

Tot volgende week!