Stedendriehoek

Overgrote meerderheid basisscholen viert Sinterklaas met zwarte pieten

STEDENDRIEHOEK – Van de basisscholen die dit jaar Sinterklaas vieren (96%), viert 98% het met zowel Sinterklaas als met pieten. Van de scholen die het met pieten vieren, viert 83% het (mede) met zwarte pieten en 30% (mede) met roetveegpieten. Vorig jaar was het percentage ‘met roetveegpieten’ nog 25%.

Dat blijkt uit een in november 2018 verricht onderzoek over sinterklaasviering onder 581 leerkrachten van 581 basisscholen. Het (representatieve) onderzoek is uitgevoerd door DUO Onderwijsonderzoek & Advies, een onafhankelijk onderzoeksbureau. Uit het onderzoek blijkt verder dat er grote regionale verschillen bestaan tussen de drie grote steden (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en de randgemeenten) en de rest van het land. Ook is er een verandering gaande in de rest van Noord- en Zuid-Holland en in Utrecht.

In de drie grote steden wordt Sinterklaas – indien gevierd met pieten – op 69% van de basisscholen (mede) met roetveegpieten gevierd. In de regio ‘overig Noord- en Zuid-Holland en Utrecht’ viert 49% het (mede) met roetveegpieten, terwijl dat in de overige regio’s van Nederland 16% tot 20% is. In de drie grote steden wordt Sinterklaas – indien gevierd met pieten – op 47% van de basisscholen (mede) met zwarte pieten gevierd. In de regio ‘overig Noord- en Zuid-Holland en Utrecht’ viert 71% het (mede) met zwarte pieten, terwijl dat in de overige regio’s van Nederland 90% tot 93% is.

Bijna een kwart van de basisscholen (23%) die dit jaar Sinterklaas vieren, heeft zich hierbij laten beïnvloeden door de ‘zwartepietendiscussie’. Ook hier zijn de regionale verschillen groot: 64% van de basisscholen in de drie grote steden versus 36% van de basisscholen in de regio ‘overig Noord- en Zuid-Holland en Utrecht’ en 10% tot 19% van de basisscholen in de overige regio’s van Nederland. Op het merendeel van de basisscholen (81%) die dit jaar Sinterklaas vieren was er geen discussie binnen het schoolteam over ‘het soort piet dat Sinterklaas op school komt vergezellen’. In de regio ‘overig Noord- en Zuid-Holland en Utrecht’ was hier relatief vaak wel discussie over: op 25% van de scholen.

Op de meeste basisscholen heeft de ‘zwartepietendiscussie’ niet gezorgd voor verdeeldheid binnen het team, tussen leerlingen en tussen ouders en is de discussie niet in de groepen beland. In de drie grote steden heeft de discussie relatief vaak wél gezorgd voor enige verdeeldheid tussen de ouders (24%).