Stedendriehoek

HEERLIJK EERLIJK

‘En toen?’ vroeg ik met grote ogen.
‘Toen mocht ik daar niet meer komen. Een toegangsverbod’, en ze zucht de rook van haar sigaret uit.
Ik zit met een vriendin in het weiland. Avondzon. Twee schapen en een pony. De vriendin heeft jarenlang vrijwilligerswerk gedaan op een zorgboerderij. Zeven jaar. Dag in, dag uit kwam ze. Totdat er een nieuwe eigenaar ten tonele verscheen. Dingen veranderden. De mensen en dieren stonden niet meer voorop, maar het geld des te meer. Dat ging linea recta naar luxigheidjes voor de eigenaar zelf.

De vriendin besloot weg te gaan. Zoals vele andere vrijwilligers al voor haar waren vertrokken. Allemaal met rotsmoesjes. Ze werden te druk. Het werk was te zwaar! Ze gingen iets anders doen.
‘Dus toen heb ik een eerlijke brief geschreven, gewoon, van persoon tot persoon’, vertelde ze. Op het A4’tje stond de reden waarom ze vertrok. Geen goed gevoel meer. Dat haar idee over een zorgboerderij runnen anders is. Dat het om de mensen en dieren gaat, niet om zoveel mogelijk geld verdienen. Dat ze dat zo miste, dat sociale en menselijke contact vanaf de directie.
‘Vond je dat moeilijk?’ vroeg ik.
‘Zolang je niemand beledigt en vanuit je hart spreekt en schrijft’, fluisterde ze, ‘is niets moeilijk.’

Ze kreeg geen reactie op de brief en is stilletjes vertrokken. Zeven jaar ziel en zaligheid. In één zucht verdwenen. Een half jaar later wilde ze een cliënt opzoeken. Gewoon. Kopje koffie. Niets meer, niets minder. Ze kreeg een sms met de mededeling dat ze niet meer welkom was op de zorgboerderij. Maar ze mocht wel van achter de heg naar de cliënt zwaaien!
‘Ben je verdrietig?’ vroeg ik en trok een grasje uit de mond van de pony.
‘Moah’, fluistert ze, ‘het is frustrerend dat diegene die het goed bedoelt, de waarheid spreekt, eerlijk probeert te zijn en altijd gezocht heeft naar oplossingen, nu de deksel op de neus krijgt.’
Ik mijmerde een beetje.
‘Waarom zouden ze je mijden?’ vroeg ik.
‘Confrontatie is eng, Rens. Een spiegel is eng. Zeker als dat een zachte spiegel is, die je niet kapot kan slaan. Het is alleen vervelend dat het nu lijkt alsof ik iets vreselijks heb gedaan.’
‘Maar dat heb je in hun ogen ook. Niets erger dan je gevoelig opstellen en het gesprek aangaan. Dat kan niet iedereen’, fluisterde ik en gaf haar een aai.
De pony hinnikt. Hij ziet er de treurige humor wel van in.