Stedendriehoek
door Sterre Pennekamp
De geopolitieke spanningen tussen de NAVO en Rusland brengen urgente vragen met zich mee over de defensiecapaciteit van Nederland. In een wereld waarin militaire verplichtingen steeds concreter worden, rijst de vraag: hoe kijkt generatie Z naar een toekomst waarin dienstplicht of een vergelijkbare inzet weer realiteit kan worden? Dit artikel verkent de achtergrond van deze situatie, de mogelijke impact op Nederland en de diverse perspectieven binnen generatie Z.
De geopolitieke achtergrond: NAVO, Rusland en China
Sinds de oorlog in Oekraïne zijn Europese landen, waaronder Nederland, gedwongen hun defensiebudgetten drastisch te verhogen. Het normgetal van 2% van het BBP is voor veel NAVO-lidstaten inmiddels haalbaar geworden, mede door het besef dat Europa te afhankelijk is van het Amerikaanse leger.
Mark Rutte zei hierover: “De dreigingen zijn concreet, en de regeringsleiders voelen de urgentie.” Maar ondanks de toegenomen uitgaven lijkt een grootschalige herstructurering tijd te kosten. Rusland blijft echter een constante dreiging aan de oostgrens, en met China als potentiële bondgenoot in militaire én economische kwesties, groeit de druk op Europa om zijn verantwoordelijkheid te nemen.
Als NAVO-lid en handelsnatie moet Nederland een balans vinden tussen economische afhankelijkheid van grootmachten zoals China en een loyale bijdrage aan militaire bondgenootschappen. Het uitbreiden van gevechtseenheden en investeren in defensiecapaciteit worden steeds belangrijker. Maar wat als de inzet niet beperkt blijft tot technologie en materieel, en er ook van jongeren wordt gevraagd om een actieve rol te spelen in het leger?
Gender, emoties en voorkeuren
Generatie Z is opgegroeid in een tijd waarin persoonlijke vrijheid, diversiteit en technologische vooruitgang centraal staan. Deze generatie heeft weinig directe ervaring met oorlog of grootschalige conflicten, wat hun houding tegenover verplichte militaire dienst sterk beïnvloedt. Hoe staan zij tegenover de mogelijkheid dat ze zelf opgeroepen worden? Vier perspectieven brengen deze uiteenlopende zienswijzen in beeld.
Tirza (22), student sociale wetenschappen, wijst verplichte militaire dienst resoluut af. “Ik geloof niet dat geweld of oorlog iets oplost. Waarom zou ik mezelf in gevaar brengen voor een conflict dat politieke leiders zelf creëren?” Voor haar zijn diplomatie en vreedzame oplossingen essentieel. Ze vreest bovendien dat een verplichte inzet grote mentale druk zal leggen op haar generatie, die al kampt met een hoog aantal burn-outs en psychologische klachten.
Wessel (23), student internationale betrekkingen, heeft een meer realistische benadering. “Als we niet bereid zijn onszelf te verdedigen, wie doet het dan? Het gaat om onze vrijheid.” Hij erkent dat generatie Z kritisch is over oorlog, maar benadrukt dat defensie noodzakelijk is om diezelfde vrijheid te waarborgen. Voor Wessel is het een gedeelde verantwoordelijkheid, ook al begrijpt hij dat dit voor velen een lastige stap kan zijn.
Meike (25), een softwareontwikkelaar, ziet juist kansen voor haar generatie binnen de defensiesector. “Ik hoef niet per se aan het front te staan, maar we kunnen bijdragen met onze technische vaardigheden.” Meike gelooft dat de toekomst van oorlogsvoering draait om cyberdefensie en technologische innovatie. Ze pleit voor meer aandacht voor moderne oplossingen, zoals digitale veiligheid en de ontwikkeling van geavanceerde communicatienetwerken.
Gio (19), student in de creatieve sector, blijft terughoudend. “Waarom zouden we zoveel geld en energie steken in iets wat misschien nooit gebeurt?” Hij voelt weinig aansluiting bij de traditionele militaire structuren en vraagt zich af of een investering in defensie wel de juiste keuze is. Gio stelt dat de overheid zich beter kan richten op onderwijs, zorg en duurzaamheid, thema’s die volgens hem meer impact hebben op de toekomst van zijn generatie.
Naar een inclusieve defensie
Een belangrijke ontwikkeling in het debat over militaire verplichtingen is de inclusieve aanpak. In tegenstelling tot eerdere generaties, waarin vooral mannen werden opgeroepen, zou een moderne vorm van dienstplicht iedereen kunnen omvatten, ongeacht gender.
Voor velen is dit een stap in de richting van gelijkheid, waarbij mannen, vrouwen en genderneutrale mensen gelijke verantwoordelijkheid dragen. Tegelijkertijd roept het vragen op: is iedereen fysiek en mentaal even goed voorbereid op de uitdagingen van een militaire inzet? Ook de mentale belasting, waar generatie Z al gevoelig voor is, speelt een rol. Daarnaast wordt er gekeken naar hoe taken kunnen worden afgestemd op de vaardigheden en interesses van individuen. Zo zouden sommige jongeren zich kunnen specialiseren in logistiek, cyberbeveiliging of medische ondersteuning, terwijl anderen meer praktische of fysieke rollen vervullen.
Met deze diversiteit aan perspectieven wordt duidelijk dat generatie Z de complexiteit van militaire verplichtingen niet schuwt. Toch is er een dringende noodzaak om hun zorgen en ideeën serieus te nemen bij het vormgeven van de toekomst van defensie.
Vooruitblik
Met de huidige ontwikkelingen is het niet ondenkbaar dat Nederland in de toekomst weer een vorm van dienstplicht invoert, of tenminste een sterk beroep doet op jongeren om zich aan te sluiten bij defensie. Dit kan zowel traditionele militaire taken omvatten als bijdragen aan cyberbeveiliging en logistiek. Hoewel dit op korte termijn uitdagingen met zich meebrengt, kan het ook een kans zijn voor generatie Z om nieuwe vaardigheden te ontwikkelen en een actieve rol te spelen in het beschermen van de samenleving.