Stedendriehoek

Niemandstijd

Deze dagen werk ik in niemandstijd. Ik begrijp dat ik het concept even moet uitleggen, want mensen blijken het niet te kennen. Dat is niet zo gek, want ik heb het dan ook zelf bedacht.

Niemandstijd is te vergelijken met het begrip ‘niemandsland’. Als ik vroeger achterin de auto zat bij mijn ouders, dan zeiden ze weleens: ‘Kijk, we zijn in niemandsland’. Het ging dan om een stuk land dat nergens bij hoorde. Een zone tussen buurlanden, een soort buffer waar niemand aanspraak op kon maken.

Tussen twee gemeenten werd het in ons gezin ook wel gebruikt: ‘dit is een stukje niemandsland.’ Ik weet niet of dat woord gangbaar is, maar op mij maakte het indruk. Mijn fantasie ging erop aan. Niemandsland…

Uren die niet bestaan

Soms ben ik met projecten zo druk, dat ik die eigenlijk niet in een normale dag kan proppen. Dan hanteer ik verschillende stadia om meer werk aan te kunnen. Het eerste stadium is gewoon ‘versnellen’. Even de schouders eronder zodat het afkomt. Als het werk daarvoor te veel is, dan noem ik het ‘rocket power’. De raketten moeten aan zodat we met grote snelheid veel werk kunnen verzetten. Ik zeg ‘we’, maar ik bedoel eigenlijk: ‘ik’.

En dan is er het stadium waarin ieder gezond mens gek zou worden van de hoeveelheid. Waarin de dag werkelijk te weinig uren heeft en de week te weinig dagen. Het stadium waarin je zegt: ‘dit is niet mogelijk’.

In dat stadium schakel ik over op niemandstijd. Het werk wordt gedaan in uren die eigenlijk niet bestaan. Geen idee waar ik ze vandaan haal: soms ’s avonds, soms ’s ochtends… Deze dagen werk ik in niemandstijd. En ja, het lukt. Ik kan de grenzen van het volgende land al in de verte zien. Ik denk dat het Luilekkerland is…


 

Hoera, voor iedereen die nu is geslaagd!

“Alle vrolijke vlaggen aan de huizen, die zijn mij opgevallen! Mijn dochter heeft haar diploma gehaald en haar vriendinnen ook. Het was zo spannend om te moeten wachten op het telefoontje. Normaal zijn we niet zo snel zenuwachtig, maar nu wel. Gelukkig werd ze op tijd gebeld en ze werd gefeliciteerd. Toen konden we opgelucht ademhalen. Wat we toen hebben gedaan? Eigenlijk niet zo veel, want ze is meteen naar haar vriendinnen gegaan. Sommigen waren nog niet gebeld en dat hebben ze samen afgewacht. Daarna zijn ze met een groepje ijsjes gaan eten. Nu hebben ze lekker vrij en daarna begint het studeren, dus het blijft nog even spannend!” – Lisette


 

Dit doe ik om mijn man te verrassen (Vaderdag)

Juliëtte, 40 jaar, Deventer: “Wij doen niet aan gemaakte dagen zoals Vaderdag. Van de week had mijn man een heel belangrijke presentatie voor driehonderd mensen. Hij was gestrest en dan laat ik hem ‘s ochtends een uurtje liggen. Toen hij wakker werd, had ik een lekker ontbijtje voor hem klaargezet met een hartje van ketchup. Dat gebeurt op de dag waarop het uitkomt, en niet op een vastgelegde dag. Soms brengt hij mij koffie op bed en dat is dan niet omdat het Moederdag is, maar gewoon omdat hij denkt: je hebt het even nodig.”

Ganna, 45 jaar, Apeldoorn: “Wat ik doe om mijn man te verrassen? Dat is altijd door buiten de lijntjes te kleuren. Ik verras hem met de meest rare dingen op de momenten dat hij dit het minste verwacht. Dus nooit na het werk met een bosje bloemen aankomen, maar echt op een gekke tijd met een gekke verrassing. Dat kan ook zijn dat ik op de deur klop in een regenjas met alleen ondergoed eronder, bijvoorbeeld. Het kan in kleine dingen zitten en het hoeft niet per se groot te zijn. Ik leg graag de focus op iets wat ik niet per se zelf leuk vind, maar waar hij juist veel van houdt.”

Regina, 39 jaar, Deventer: “Ik hoop dat ik met Vaderdag iets voor hem heb. Dat klinkt heel erg lullig, maar goed. Mijn man denkt wel altijd aan mij met Moederdag. Dan geeft hij mij iets kleins of grappigs, een ontbijtje op bed, of zo. Andersom vergeet ik het nog weleens, maar ik krijg dat altijd terug. Dan zegt ‘ie: ‘Wist je dat het gisteren Vaderdag was?’ Hij is het type dat zoiets een hele dag kan verzwijgen. Hij vindt dan eigenlijk dat ik mijn taak dan niet heb volbracht, haha. Maar goed, de kinderen nemen dingetjes van school mee, dat helpt mij wel om te herinneren dat hij ook een keer mag uitslapen, bijvoorbeeld.”