Stedendriehoek
Column Nanda Roep
De huidarts geloofde mijn verhaal eerst niet, dat gaf ze achteraf toe. Ik zei dat ik weleens een prik botox had laten zetten, maar dat meteen mijn wenkbrauwen voor mijn ogen hingen. Zó sterk reageert dus mijn huid.
Silvester heeft in het verleden weleens verbaasd geroepen dat ik nog erger ben dan de Prinses op de Erwt. ‘Je bent gewoon de érwt!’ riep hij. Voor mij was dat zo grappig, dat ik het nog steeds graag aanhaal.
‘Echt, ik ben een erwt,’ knikte ik – maar de huidarts geloofde dat dus niet.
Toch is het zo. As we speak reageert mijn huid op een tatoeage die ik een maand geleden liet zetten. Elke paar dagen is één van de inktlijnen verdikt. Alsof mijn arm wil zeggen: ‘Hier is dus in geprikt en dat deed pijn!’
Als tiener heb ik een hartoperatie ondergaan. Ik zeg dit omdat ik na een onbekend aantal dagen meerdere blaren kreeg (voor mijn gevoel honderd) onder de medische pleisters. Ik bedoel maar: mijn huid was het er niet mee eens.
Nu vond ik het op zich goed om die botox nog eens te proberen, maar het leek me verstandig als de huidarts heel voorzichtig te werk ging, met een minimale dosis. Op elk prikje reageerde mijn huid met rode vlekken. ‘Schoonheidsspecialisten noemen dit een angry skin,’ zei ze. Zelf had ze het niet eerder gezien.
Ik wist meteen dat het klopte. Het past ook bij mijn karakter. Niet voor niets werk ik al mijn hele leven als zelfstandige. Daar heb je een flinke dosis eigenwijsheid voor nodig en ja, dan is het logisch als je huid daar ook een portie van meedraagt.