Stedendriehoek
Wat moet je nou met een doos voor pijn?’ Een vriend stelt de vraag. Ik kijk hem niet-begrijpend aan. Een doos voor pijn
Column Eke Mannink
Pain zeg ik, overdreven nasaal articulerend. Dat is brood in het Frans!’
‘Ah zegt hij. Natuurlijk.’
We gaan uit: op bezoek bij vrienden aan de Nieuwstad. Een afspraak die al weken zo niet maanden staat. De vrouw des huizes en ik planden hem en zegden hem allebei een paar keer af. Nu gaat het er eindelijk van komen. Tegen negenen hebben we ons geïnstalleerd op hun knusse bovenverdieping. In heerlijke hangbanken en grote stoelen.
We drinken thee bespreken de ontwikkelingen in onze levens op aarde en een paar zaken ertussenin. Hoe de opmaak van de Zutphense Cultuurkrant een grootstedelijke indruk maakt bijvoorbeeld en of dat een gunstige (dat denk ik) of juist drempelverhogende (dat denkt vriend) werking heeft. De gastheer haalt glazen en wijn uit de keuken we praten over de cappuccino’s in Fitland de filosofie van de Kunstuitleen poëzie – en we luisteren. We luisteren muziek en herbeluisteren de nummers die we mooi vinden. Gastvrouw en heer hebben een supersonisch audiosysteem dat ze moeiteloos vanaf hun telefoonschermpjes bedienen. Er komen hapjes op tafel we verdrinken al fijnproevend in de moderne versie van Smalltown Boy van Jimmy Somerville en de virtuoze Oekraïense Dachabracha.
Na méér woorden wijn hapjes verrassende nieuwe én oude muziek kijk ik voor het eerst op de klok. Bijna half vier. Ik verslik me in een zalmrolletje roep dat we naar bed moeten. Het heeft effect. We breken op. Uitbundig nemen we afscheid bij de deur nog vol klanken en gedachten.
Een paar minuten later suis ik op mijn fiets door de Beukerstraat. Wat was het fijn. En wat is het een genot om in alle vrijheid door mijn stad te racen. Hier en daar strompelt een aangeschoten jongere maar de sfeer is rustig de nacht vredig. Ik denk aan de kersverse kransen die mijn dochter en ik op de Dam zagen liggen en fiets even om voor die bij het monument naast de bibliotheek in onze stad. Kransen om de doden te eren die hun leven gaven voor onze vrijheid. Ik denk aan het Joodse echtpaar Senator in Eefde bij wie de oorlog nog iedere dag door de huiskamer zweeft. En aan de vrolijke mensen die ze óók zijn. Dan denk ik aan mijn bed. Kwart voor vier inmiddels. Het gevoel van vrijheid stroomt weer door me heen.
Had ik maar een opbergdoos voor plezier/pleasure/plaisir. Dan zou ik dit gevoel bewaren. En er af en toe uithalen om van te genieten.
Eke Mannink is schrijver & voormalig stadsdichter van Zutphen. Vanuit het hart van de stad houdt ze wat ze ziet poëtisch tegen het licht. Want als je goed kijkt zie je méér.
Iedere week weer.
‘