Stedendriehoek
ZUTPHEN – Al op jonge leeftijd ging Daan Pot mee met zijn vader naar de judozaal (dojo). Hij vond het leuk om zijn vader te zien trainen in zijn eigen judoschool. Hij zat dan aan de rand van de mat met wat speelgoed. Op die manier wende Daan al aan alle geuren en geluiden die horen bij het judo.
Toen Daan uit de luiers was, kreeg hij zijn eerste judopak en les van zijn eigen vader. Op de mat, maar ook thuis stond alles in het teken van wedstrijdjudo. Al snel kreeg Daan zijn eerste judowedstrijd. Onbevangen en met plezier liet hij direct leuk judo zien.
Zijn vader Daniel is zelf ook actief in het wedstrijdcircuit. Toen Daan 9 jaar oud was werd zijn vader zelfs derde op de wereldkampioenschappen voor judoka’s ouder dan 30 jaar. Daan was daarbij en kan zich deze spannende dag nog goed herinneren. “In de laatste 10 seconden scoorde mijn vader het beslissende punt. Ik was zo blij dat ik ook moest huilen van blijdschap. Het was zo spannend!” vertelt Daan met een tinteling in zijn ogen.
Daan heeft het geluk dat hij elke dag naar een judoles van de judoschool van zijn vader kan gaan en maakt daar ook dankbaar gebruik van. Hij heeft er niet altijd zin in, maar moet toch van zijn vader. Daniel vertelt: “Dagelijks judo is geen keuze die Daan zelf heeft gemaakt. Daan heeft geleerd om elke dag judo te zien als elke dag eten. Judo is daarmee een wezenlijk onderdeel van zijn (op)voeding geworden.”
Via de opstap-, lokale en regionale toernooien ontwikkelt Daan zich als jonge wedstrijdjudoka. Zijn hoogtepunt bij de klasse onder de twaalf jaar is districtskampioen van Oost-Nederland. Als slechts 11-jarige kwalificeerde Daan zich daarna al voor het Nederlands Kampioenschap voor onder de 15 jaar. Een mooie prestatie, want Daan is geboren in december en dat betekent dat je dan vaak de jongste judoka in de klasse bent. Zoals iedere zich ontwikkelende sporter heeft Daan ook last van periodes dat het wat tegenzit. Vooral als zijn lijf gaat groeien, is hij uit balans. Als eerstejaars onder de 15 jaar heeft hij hier veel last van. Hij verliest meer dan dat hij wint, maar hij verliest gelukkig niet het plezier in judo. Veel judoka’s stoppen met judo in deze fase. Voor Daan is dit geen optie, want hij zegt zelf: “Van een verloren partij leer ik meer dan een gemakkelijk gewonnen partij. Zolang het maar niet gebeurt op de echt grote en belangrijke toernooien.”
Omdat Daan zich gekwalificeerd had voor het Nederlands Kampioenschap, is hij meteen uitgenodigd om mee te trainen op het Regionaal Trainingscentrum (RTC). Dit betekende dat hij twee keer per week naar Heerde ging. Judo begon daarmee een echte tijdsinvestering te worden. Sinds dit schooljaar is Daan gevraagd mee te trainen met het Nationale Trainingscentrum (NTC) te Heerenveen. Elke maandagmiddag stapt hij met zijn huiswerk in de auto en komt dan pas laat op de avond weer terug. Judo heeft nu een serieuze vorm aangenomen. Op de heenreis leren voor school en op de terugreis bespreekt hij de training met zijn vader. Elke dag trainen en ook je best doen op school lukt wel, maar er blijft weinig tijd over.
Met zijn vader gaat Daan steeds vaker naar de grote toernooien in het buitenland. Het laatste toernooi was in Frankfurt. Dit toernooi wordt ook wel gezien als de wereldkampioenschappen voor de jeugd onder de 15 jaar. Daan wist als enige Nederlander door te dringen tot de laatste, beste vier. Het internationale deelnemersveld had een hoog niveau. Daan Pot zegt hier zelf over: “Mijn judo was dit weekend niet mooi, maar ik ging echt voor de winst. Door slim en tactisch te judoën, heb ik mijn partijen kunnen winnen. De ‘Oostblokkers’ judoën niet zo heel veel anders, maar ze zijn wel veel sterker.”
Daan heeft komend jaar nog meer internationale toernooien op zijn programma staan: Oostenrijk, Frankrijk, Hongarije, Kroatië en Polen. In de grote zomervakantie van 2019 is het plan om deel te nemen aan de US Open in Californië. Bij dit toernooi is er ook een speciale Mastersklasse waar zijn vader dan aan deel zal nemen. Samen dus meedoen aan hetzelfde toernooi. Dit lijkt Daan echt te gek. Of hij uiteindelijk een echte wereldtopper gaat worden weet Daan nog niet: “Gelukkig heb ik mijn ouders en de judoschool achter mij staan. De tijd zal het uitwijzen.”